Journals

Fourth Journey (MS 107/3/1-2)

27th August 1779


transcription

[27th August 1779]
27

term 48 - 60 – 50
gepasseerde nagt uit den n:w: vehement gewaayt en kout. zynde met de volle maan de lugt betrokken. in den agtermiddag wierd de wind z:w: met enige ligte regenbuien, die voor sons ondergang ophielden.

een onser hottentotten kwam met een voet van den oliphant die hy kookte, proefde er van en vond hem nog seer goed dog iets harder als ossepoten. ons volk had een hartebeest of bubalis geschoten dat een grote vreugt was synde er grote honger, en mog maar 7 schapen dien wy voor de dorre contrey terug moesten bewaren. een groot uur van ons leggende mat hem synde een bul vier voet twe duim voor hoog, agter twe duim lager vyf voet vier duim regte lyn lang. hy houd syn kop seer perpendiculair. syne larmiers sitten twe duim onder de benedenste hoek van het oog vier duim van een het hair dat er over groeid is met een bassamiek ruikende gele substantie beklonterd, hy heeft twe spenen: en de agter hoef iets kleinder en smaller als de voorste. met twe ergots. kleine hoefjes. aan de poten. hy was donkerder als nog een gesien had. de gemsbok (Pasan) heeft een langer spoor daar aan kenbaar ook niet so spit van voren; het cameelpaard dat na seggen der bosjemans in dese contrey niet is, heeft een spoor als een eland alleen groter hy heeft geen ergots. (kleine hoeven) kobus van Rhenen kwam te rug. sy hadden nog geen zeekoejen vernomen. de anderen souden desen avond voor de leeuwen twe stellen, (daar sy sig selven me dood schieten) maken: sond Pinaar een schets van een kaart en de route dien hy houden moest, ook een sak compas, en wat proviand. hy sal langs de rivier na de compagnies drift gaan en my daar afwagten, ook vyf hottentotten gaan mede. 't spyt my seer niet van de party te kunnen syn, doordien myn presentie by de wagens nodigst is. moet nu een en een halve graad te rug gaan, en dan regt noord na de drift, om het waters wil en weg: en hy kan in 24 uren regte lyn daar syn.

translation

[27th August 1779]
27

Thermometer: 48-60-50.
Wind from the north-west last night. Blew violently and it was cold.
Now it is full moon the sky is overcast. In the afternoon the wind turned south-west with some light rainshowers which stopped before sunset.

One of our Hottentots came with a foot of the elephant, which he cooked. Tasted it and found it very good though somewhat tougher than ox-feet. Our people shot a hartebeest (or bubalis) which was a great joy because they were so hungry and since we only have seven sheep left which we must keep for the dry country ahead (it lies a good hour away from us). Measured it: a bull four foot two inches high in front and two inches lower behind; five foot four inches long in a straight line. It holds its head very straight in the air. Its tear-ducts are two inches below the lowest point of the eyes, four inches apart. The hair growing over is caked with a yellow substance, smelling of balsam. It has two teats, and the rear hoof is somewhat narrower and smaller than the front one. Has two ergot-spurs (small hooves) on the feet. It was darker than any I had seen before. The gemsbuck (pasan) has a longer foot print, by which it is recognisable; it is also not so pointed in the front. The giraffe which, according to the Bushmen, does not live in this part of the country, has a print like an eland, only. It has no ergot-spurs (little hooves).
Kobus Van Rhenen has returned. They had still not encountered any hippopotamus. The others were meant to have made two traps for the lions (whereby they shoot themselves dead). Sent Pienaar a sketch of a map and the route he must keep to, also a pocket-compass and some provisions. He is to go along the river to Company's Drift and wait there. Five Hottentots also go with him. I am extremely sorry not to be of the party because my presence is needed most at the wagons. Must now go back one and a half degrees and then due north to the drift on account of the water and the road; and Pienaar can be there in twenty-four hours, travelling in a straight line.