Journals

Fourth Journey (MS 107/3/1-2)

5th October 1779


transcription

[page 44]
[5th October 1779]
5

schoon weer oostelyk lugtje warm term 59 - 96 - 80
liep met son om.
brete, 700 pas, van de rivier. 28 gr - 43 min miswysing 1 gr: meer n:w: dus 21. 
hoogte van het bed der rivier 1065 voet.
[in margin:] hoe is dese sloof tussen de twe hoge landsdouwen geformeerd?

dus daar ik in 1777 aan dese rivier quam is syn bed 3000 voet hoger. dog de rivier legt seer laag tussen het afschiedende vlakke land en daar op als geplante bergen.
hy liep na het w:n:w: en liepen oostelyk so ver ik ik sien kon.
so ver ik op en neder de rivier vandaag heb kunnen komen en sien is het so vol van grote gladde klip platen grove grauwe cos met quarts dat men byna geen water siet, en men overal droogsvoet uitgenomen enige kleine stroomtjes door de rivier schynt te kunnen gaan, probeerde om over te gaan dog wierd door enige sterke smalle stromen verhinderd, die sig over al tussen de banken verdelen, dat dese rivier niet als in donderweertyd of Caapse somer vol word, en meer laag dan vol is. blykt aan de vele willige en soorten mimosa die overal langs en door de rivier heen, uitgenomen een kleine streek in den midden. op banken en soort van Eilandtjes fris op groeien. als sy regt vol is moet hier een grote storting over dese klipplaten syn, dus is dese rivier overal vol klippen, en nu op syn laagst.

ging na de middag de rivier op en met vele draajen tot aan het gebergte over, de tussen wyte is 7 a 800 passen. vond vars Zeekoej spoor, en sag een middelslag legoaan dog hy was te gaauw. by de oversyde sneed my een stroomtje van twintig pas van het gebergte af, lopende de rivier tot tegen de krantsen aan als hy vol is. Schoot twe fraaje vogels dewelke van de soort vis vangers waren. sag twe groene Parrequiten dog die waren my te gaauw.
Sag een kleine aap van de soort als in het outeniquas land
schoot ik dat hy uit de boom rolde, na in een stroomtje water wat gebaad te hebben keerde met donker na de wagens.
als dese legoaan liep sleepte syn straat een hele streep makende agter over de grond.

translation

[page 44]
[5th October 1779]
5

Fine weather. Hot easterly breeze that veered with the sun.
Thermometer: 59-96-80.
Latitude (700 paces from the river): 28 degrees 43 minutes
Error 1 deg. (more to the north west; thus 21).
Height of the river bed: 1065 ft.
(How was this gorge formed between these two steep banks?)

Thus he bed was 3000 feet higher at the place where I reached this river in 1777. But the river lies very low among the gently sloping country on which mountains seem to be planted. It ran to the west-north-west and it stretched easterly as far as I could see.

As far as I was able to go and to look up and down the river today, it was full of large, smooth, stone slabs; rough, grey Cos with quartz, so that one hardly sees any water. It seems that one can cross the river with dry feet everywhere except for a few small streams. Tried to cross but was stopped by several strong narrow streams which branch out everywhere between the banks. That this river only becomes full in the thundery season or Cape summer, and is more often low than full, is shown by the many willows and sorts of mimosa trees that grow vigorously everywhere beside and within the river (apart from a small area in the middle) as well as on the banks and on a type of small island. When the river is completely full there must be a great flooding over the stone slabs. Thus the river is everywhere full of stones and is now at its lowest.

In the afternoon went up the river and with many turns to the other side of the mountains: the width between them is 7 to 800 paces. Found fresh hippopotamus spoor and saw a medium sized iguana but it was too quick for me. On the other side a small stream of about twenty paces cut me off from the mountains. When it is full the river runs right up to the cliffs. Shot two beautiful birds which were a kind of kingfisher. Saw two green parakeets but they were too fast for me. Saw a small ape of the kind one gets in Outeniqualand. I shot so that it rolled out of the tree. After I had bathed in a small stream, returned to the wagons at nightfall.
When this iguana moves, it drags its tail making a whole stripe along the ground.