Journals

Fifth Journey (MS 107/4)

9th February 1786


transcription

[page 34]
[9th February 1786]
den 9

draayden wy uit het bed van Cougha om en over de grasrug tussen sondags en Coughas riv. en in twe uren weer door Cougha, vond alle dese hoge ruggen het eind van het hoog gebergte alles kalksteen.
arriveerden na een half uur z.w. aan aan de plaats van louis holtshousen, reden om half een weg en ontjoegen byna een donder bui en gingen een half uur van holthuisen wiens plaats hiet [blank].
op de plaats van frans harof schuilen (langs rietfontein een spruit van swartkops riv.) na het weer over was reden langs dese spruit van swartkops riv. af tot drie quartier op de plaats van gerrit schepers daar wyngaart en allerley vrugten vond.

[page 34a]
n.b. het veld was hier seer groen door de donderweer regens met groote en digte boscasie
vol buffels ook oliphanten
dog de laatsten meer na sondags riv:
swaar gedawt van nagt.
en kout geweest

n.b. s’morgens de wind sterk n.w. en warm sonder ene wolk aan de lugt dog na drie of vier uuren vol donder wolken, tegen den middag sware donder met wat hagel en regen
het scheen als of de electrique donder stof uit de binnenlanden, als Camdebo etc aangevoerd wierd en hier als in een ogenblik donder wolken formeerde die donder en regen bragten

kwam al langs de kant van festonberg
term 50 ­ 99 ­ 90

translation

[page 34]
[9th February 1786]
The 9th

We turned out the bed of the Coega and across the grassy ridge between the Sundays and Coega Rivers and in two hours crossed the Coega again. Found that all these high ridges at the end of this high range were of limestone. We arrived in half an hour at the farm of Louis Holtshousen, having travelled south west. Rode away again at half past twelve and we almost managed to escape a thunderstorm; and went to take shelter half an hour from Holtshousen, whose farm is called [name left blank], at Frans Harhof’s farm (past Rietfontein, a tributary of the Swartkops River). When the storm was over we travelled for three quarters of an hour down this tributary of the Swartkops River to the farm of Gerrit Scheepers where I found a vineyard and all sorts of fruit.

[page 34a]
N.B. The countryside was very green on account of the thunderstorms with large and dense undergrowth
full of wildebeests, also elephant. The latter however are generally found towards the Sundays River.
Heavy dew tonight and cold.

N.B. There was a strong north-west wind in the morning. It was hot without a cloud in the sky but after three or four hours it was full of thunder clouds. There was loud thunder towards noon with some hail and rain. It appears as though the electrical, thundery material is carried here from places in the interior such as the Camdeboo etc. and in an instant it is transformed here into thunderclouds producing thunder and rain.

We travelled past the side of the Festoonberg all the way.
Thermometer: 50-99-90.