Second Journey (MS 107/1/1-2)
26th January 1778
transcription
[26th January 1778]
26
gepasseerde nagt geregent met stil weer, continueert by sagte vlagen, warm weer. het water is vannagt twe duim gevallen. de regen vlagen sterker uit den z:o: aan komende. wilde ik proberen, de rivier door de bovenste drift, een quartier van de onderste, te passeren, also hy weder aan het wassen ging. reed te paard er door en had het water tot voor de borst van het paard, met snelle stroom, dog de diepte continueerde maar omtrent tien treden. sodat de voorossen aan een riem overtrekkende voor het afdryven, wy hier sonder ongeluk passeerden. dese rivier word seer hoog by wylen, so men aan de opdrift zien kan en wel een maand lang impassabel. na weder in het onderdrifts pad gereden te zyn. trok drie kwartier z:w: aan door een cloof, daar na draayde de cloof z:o: aan, vervolgde die cloof een uur waarna wy op een vlakte uitkwamen, en z:o: na een groot uur de Cabeljaauws riviertje passerende op de vee plaats van J van rhenen arriveerde. de Cabeljaauws rivier komt uit de hoge ruggens omtrent vyf uren in het noordwesten, en loopt z:o: aan in zee, een groot uur bewesten gamtous rivier. het terrein, van gamtous rivier af eerst wat zand en klei, daar na alles rosse harde klei gras en gebroke veld. de regen klaarde met den avond op. omtrent de beneden drift in de bossen en noorden op houden nog enige oliphanten.
translation
[26th January 1778]
26
It rained in calm weather last night, continuing in soft showers. Hot weather. The water fell two inches tonight. The rain gusts coming more strongly from the south-east, I decided to try crossing the river at the upper drift, a quarter of an hour from the lower, because it was beginning to rise again. Rode through it on horseback, and had water up to the chest of the horse in a swift current, but the deep part continued only for about ten paces. To prevent the lead oxen from being washed down downstream we pulled them across with a leather strap and crossed here without mishap. At times this river rises very high as one can see from what has been washed up, and sometimes remains impassable for a month. After we had gone back to the road at the lower drift we travelled south-west for three quarters' of an hour through a kloof, after which the kloof turned south-east; we followed this kloof for an hour, after which we came out onto a plain and after going south for a good hour and having passed the Kabeljaauws River we arrived on the stock-farm of J. van Rhenen. The Kabeljaauws River comes from the high ridges five hours to the north-west and flows south-east into the sea, a good hour to the west of the Gamtous River. The terrain from the Gamtous River downwards is first somewhat sandy with clay and thereafter all hard reddish-brown clay, with grass and broken countryside. The rain cleared up in the evening. There are still some elephants around the lower drift in the forests, and to the north.